‘Er is genoeg reden om te staken!’

Warm voorjaar: stakingen hebben effect

De temperaturen dit voorjaar lieten te wensen over, maar de acties en stakingen zorgden toch voor een warm voorjaar. CNV was er druk mee en haalde successen binnen: loonstijgingen in de dubbele cijfers bij gemeenten en ziekenhuizen. ‘Er is dan ook genoeg reden om te staken’, zegt hoogleraar Arbeidsrecht en kroonlid van de SER, Ruben Houweling. ‘De omstandigheden zijn er perfect voor. Als er ooit een tijd was om iets te bereiken, is het nu!’

We staken niet voor niks. De publieke sector loopt namelijk in de soep, vindt niet alleen CNV, maar ook bijvoorbeeld de SER, die onlangs in een advies schreef dat de uitvoering van publieke taken in de knel komt. ‘Er is genoeg reden om te staken’, weet Ruben Houweling, bijzonder hoogleraar Arbeidsrecht aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en kroonlid van de SER. ‘Er is druk op inkomen, druk op werk, druk op de strijd om goed personeel. Werkgevers hebben werknemers hard nodig, dus werknemers staan sterk en hoeven niet bang te zijn ingeruild te worden voor een ander, want er is geen ander.’

Piept en kraakt

CNV komt op voor werknemers die zich dagelijks inzetten voor leerlingen, studenten, burgers, patiënten en cliënten. En het gaat niet goed met steeds meer van die werknemers, in hun portemonnee en met hun werkdruk. Met het oog op de voorjaarsnota stuurde het CNV een brandbrief aan het kabinet. ‘De publieke dienstverlening piept en kraakt onder de capaciteitsproblemen en dreigt op allerlei manieren vast te lopen’, schreef de bond aan het kabinet. Voorbeelden te over: de toegankelijkheid van de zorg, wachtlijsten bij GGZ, IND en voor het installeren van zonnepanelen, onbevoegde leraren voor de klas, vierdaagse schoolweken, beperkte dagprogramma’s voor gedetineerden, hoge werkdruk in alle sectoren, grote administratiedruk en ga zo nog maar even door.

Grote actiebereidheid

Eén op de drie werkenden is voor het eerst in hun leven bereid om te staken, blijkt uit een CNV-onderzoek. Als je dat uitsplitst naar de publieke sectoren, zie je in zorg en onderwijs – sectoren waar staken vaak gevoelig ligt met het oog op leerlingen en patiënten – percentages van 38 procent (zorg) en 20 procent (onderwijs). Op de vraag Ik ben bereid om te staken voor een hoger loon zegt 45 procent van de overheidsleden ja, 48 procent bij onderwijs, 55 procent bij zorg en 49 procent bij publieke diensten. Met de stelling Ik ben bereid om het werk voor langere tijd neer te leggen is bij zorg 40 procent het eens, bij onderwijs 36 procent, bij overheid 36 procent en bij publieke diensten 45 procent.

Giftige cocktail

CNV heeft de SER vierkant achter zich staan. Die kwam in februari met het advies Waardevol werk: publieke dienstverlening onder druk. Daarin staat dat de uitvoering van publieke taken zoals zorg, onderwijs, kinderopvang en veiligheid in de knel komt. CNV schrijft op campagnesite cnv.nl/indesoep: We zeggen tegen de bestuurders in het land en het ministerie van Onderwijs: doe iets, want het onderwijs loopt in de soep! Er is sprake van een giftige cocktail. Eigenlijk is alles hoog (werkdruk, verwachtingen van de maatschappij, lerarentekort), behalve de salarissen. De inflatie maakt dit extra voelbaar. Doordat er gaten in de formatie vallen, staat onderwijspersoneel en daarmee de onderwijskwaliteit onder druk. CNV Onderwijsvoorzitter Daniëlle Woestenberg zei het eind mei bij een onderwijsactie zo: ‘We zien dat het onderwijs in de soep loopt. Dus alsjeblieft minister Wiersma, neem dit mee naar het kabinet en steun ook onze oproep om Nederland het beste onderwijs te gunnen.’ De eis van CNV en collega-bonden is 12 procent loonsverhoging voor de nieuwe cao in primair en voortgezet onderwijs. Komt die 12 procent er niet, dan volgt er een staking in september.

Loonbeslag

Ook in de zorg zijn er serieuze in-de-soep-tekenen. Het loon van zorgpersoneel houdt de inflatie niet bij. Ongeveer 20 procent van het personeel in verzorgings- en verpleeghuizen zit in zulk zwaar financieel weer, dat er loonbeslag is gelegd. Zo’n 85 procent van al het zorgpersoneel heeft moeite de eindjes aan elkaar te knopen. Daarnaast is er een hoge werkdruk door corona en inhaalzorg, vallen er veel medewerkers uit of is er simpelweg geen personeel, waardoor anderen dubbele diensten moeten draaien. De kwaliteit van de zorg komt in de knel. ‘Mijn zorghart zit tegen een infarct aan’, zei een medewerker tijdens de acties in de VVT.

Ruben Houweling, bijzonder hoogleraar arbeidsrecht, Erasmus Universiteit Rotterdam: 'De urgentie wordt nu echt gevoeld.'

Niet warmpjes bij

Twee sectoren bij de overheid die er op een schrijnende manier uitspringen, zijn de Sociale Werkvoorziening en Aan de slag. Waar gemeentepersoneel er na succesvolle acties €240,- per maand plus 2 procent loon bij kreeg – wat in de laagste schalen neerkomt op bijna 13 procent – zitten de werknemers er hier nog niet bepaald warmpjes bij. ‘Ik doe hetzelfde als Piet, waarom krijgt hij €14,- euro en ik niet?’ stond er op een van de protestborden bij de acties afgelopen maanden. Werkgevers en overheid wijzen naar elkaar voor het benodigde geld voor een mooie loonsverhoging. Op moment van schrijven is er een landelijke actiedag op 7 juni in voorbereiding. De oproep van Klaas Knot van De Nederlandsche Bank begin mei, om voorzichtig te zijn met hoge looneisen met het oog op een loon-prijsspiraal, werd door het CNV ik elk geval meteen naar de prullenbak verwezen.

Pijn doen

Een staking of actie kan succesvol zijn als het impact heeft en er genoeg mensen aan meedoen. ‘Het moet de werkgever pijn doen’, beaamt Houweling. ‘In het onderwijs, de zorg of het openbaar vervoer doet een staking natuurlijk ook of vooral pijn bij afnemers van de dienst: leerlingen, ouders, patiënten, reizigers. Maar als zij gaan morren, heeft dat ook impact. Communiceer dan wel heel duidelijk dat je niet wílt staken maar wel móet, en dat de schuld daarvoor bij de overheid of de werkgever ligt. Het aantal stakers is van minder belang’, legt hij uit. ‘Kijk, als een paar mensen hier bij de ingang van de universiteit gaan zitten met een bordje om hun nek, dan heeft het weinig effect. Er is een kritische massa nodig. Stel dat je afspreekt dat het lesgevend personeel op de universiteit drie weken staakt. Dan raakt een betrekkelijk kleine groep wel een hele grote groep studenten en daarmee 60 procent van de bedrijfsvoering van de universiteit.’

Stakingskas

‘Jullie ziekenhuis- en gemeenten-acties hadden een enorm effect’, weet Houweling. ‘Dat vuilnis dat zich opstapelt en waar ongedierte op afkomt, dat wil je als stad niet. En de zondagsdiensten in de zorg, dat heeft een enorme impact als je intake of operatie wordt uitgesteld!’ Een staking is een krachtig wapen, benadrukt hij. ‘In principe kan iedereen op elk moment het werk neerleggen, maar juist de inzet door een vakbond als CNV kan de staking succesvol maken. Er is organisatiekracht, er is ervaring, onderhandelaars weten precies het juiste moment om over te gaan tot een staking, én CNV heeft een stakingskas waaruit stakingsuitkeringen betaald kunnen worden.’

Goed werkgeverschap

In het eerder genoemde SER-advies staat dat de uitvoering van publieke taken in de knel komt door de grote problemen op de arbeidsmarkt. SER-lid Houweling knikt: ‘De zorg heeft het daarbij dubbel zwaar: door de vergrijzing stromen werknemers uit én neemt de behoefte aan zorg toe, komen er cliënten bij. Je moet als publieke werkgever op zoek naar handjes, maar kunt niet onbeperkt meer geld uitgeven. Een andere optie is het werk anders organiseren, waardoor het voor mensen fijn is om bij een publieke werkgever te werken, goed werkgeverschap dus. Luister goed naar het personeel hoe je ze kunt helpen om belemmeringen weg te nemen, bijvoorbeeld in roostering of administratieve lasten. Mensen in de zorg willen aan het bed staan, mensen in het onderwijs voor de klas! Ja, klopt dat we dat al jaren horen, bureaucratie tegengaan’, lacht Houweling, ‘maar nu wordt de urgentie echt gevoeld. Mensen stemmen anders met hun voeten en worden zzp’er. Als er een moment is om het voor elkaar te krijgen, dan is dit het. En kijk goed naar de mogelijkheden van technologie, innovatie, AI, robotisering. Niet om werknemers te vervangen, maar om hen weer in staat te stellen het werk te doen waar ze voor kozen.’