De ruimte is er
Werk moet lonen in Nederland. Daarom moeten werkgevers de lonen meer verhogen dan de afgelopen jaren gebruikelijk was. Bij de meeste bedrijven, overheden en andere organisaties is die ruimte er ook gewoon. Ook als de inflatie in 2023 terugkeert naar normale niveaus, kijken we terug naar 2022 om het ontstane koopkrachtverlies te repareren.
Het CNV gaat uit van een loonvraag tussen de 5% en 10%. We kijken per cao naar de mogelijkheden. Heeft een werkgever bijvoorbeeld aantoonbaar last van hoge (energie)kosten, kunnen we onze loonvraag omlaag bijstellen. Bij bedrijven die grote winsten maken, gaan we juist omhoog. Uiteindelijk bepalen de leden per cao de hoogte van onze loonvraag. Als er in lopende cao’s ruimte is voor verbetering, dan gaan we met werkgevers in gesprek voor aanvullende afspraken.
Netto meer overhouden
Het CNV spreekt ook de regering in Den Haag aan voor de reparatie van de koopkracht. Zo pleiten we voor lagere belasting op arbeid, zodat je netto meer overhoudt. In sommige sectoren voeren we gerichte acties, zoals in de zorg of bij de sociale werkvoorziening, omdat daar extra geld van de overheid nodig is.
Gesprek én actie
Hoe meer leden we hebben, hoe beter onze onderhandelingspositie, en hoe beter jouw cao. Cao-onderhandelingen starten altijd als een gesprek tussen werkgevers en werknemers, maar als er acties nodig zijn om de eisen van werknemers kracht bij te zetten, bijvoorbeeld als werkgevers na heel veel praten toch de hand op de knip houden, dan komen die er. De leden bepalen zelf altijd welk middel ingezet wordt. Stakingen sluiten we niet uit, maar alleen als andere middelen uitgeput zijn.
Iedereen is erbij gebaat als de cao-onderhandelingen snel en constructief zijn. Zo zorgen we er samen voor dat werkend Nederland de huidige situatie snel te boven komt.