Hoe zat het ook alweer?
Na een lange aanloopperiode zijn de eerste concrete stappen naar een nieuw pensioenstelsel gezet. Eind 2022 stemde de Tweede Kamer in met de nieuwe Pensioenwet en op 30 mei 2023 volgde de Eerste Kamer. Met instemming van beide Kamers is de nieuwe Pensioenwet op 1 juli 2023 in werking getreden.
De wet regelt de kaders waarbinnen de regeling van het pensioenfonds moet passen, maar dan zijn er nog veel keuzes te maken voor de sociale partners en het pensioenfonds. We zijn daarom al heel lang in gesprek met elkaar over alle te maken keuzes. Inmiddels hebben wij een principe afspraak kunnen maken over de nieuwe regeling.
Belangrijke Uitgangspunten en keuzes
Het CNV vindt pensioen een belangrijke arbeidsvoorwaarde. Dat willen wij collectief regelen en met solidariteit erin. Wij willen een goed pensioen voor alle werkenden en gepensioneerden én voor nabestaanden. Het uitgangspunt van CNV is ook steeds geweest: veranderen wat moet en behouden wat kan. Vanuit dit uitgangspunt zijn wij de gesprekken aangegaan en hebben wij de keuzes gemaakt.
Veel zaken blijven hetzelfde:
- Je bouwt pensioen op via je werkgever. Dat blijft zo.
- Je ontvangt pensioen zo lang je leeft.
- Naast pensioen krijg je later AOW van de overheid. Dat blijft zo.
- Overlijd je? Dan krijgt je partner vaak een pensioen. Ook als je overlijdt voordat je met pensioen bent.
- Ook blijf je pensioen opbouwen als je arbeidsongeschikt raakt.
- Je pensioen eerder laten ingaan kan straks ook.
Sommige zaken moeten we wel veranderen, een overzicht van de onderwerpen:
Solidaire of flexibele premieregeling?
Een belangrijke keuze was de keuze tussen een solidaire of flexibele premieregeling. Het belangrijkste verschil tussen deze twee opties is dat de solidaire premieregeling gericht is op het samen beleggen, in plaats van ieder voor zich. Wij vinden het belangrijk dat wij dit met elkaar doen. Zo hebben we straks allemaal dezelfde voordelen en dragen we samen dezelfde risico’s. Dit zorgt voor meer zekerheid voor jouw pensioen. Én lijkt binnen de nieuwe wetgeving het meest op de huidige pensioenregeling.
Bij de solidaire premieregeling worden de risico’s collectief gedeeld en is het pensioenresultaat stabieler. Dit wordt bereikt met een solidariteitsreserve. Een deel van het rendement wordt gebruikt om het opgebouwde pensioenvermogen en de ingegane pensioenen te beschermen. Op deze manier proberen we schommelingen in de hoogte van het pensioen zoveel mogelijk te voorkomen.
CNV Vakmensen kiest voor een pensioenregeling met een stabiel en solidair karakter. Wij kiezen daarom voor de solidaire premieregeling.
Invaren van oude aanspraken
Bij de overgang naar het nieuwe stelsel staan we voor de keuze: wat te doen met de oude aanspraken? Zetten we deze over naar het nieuwe stelsel of houden we deze in de oude regeling? Het CNV is voorstander van het overzetten van de oude aanspraken naar het nieuwe stelsel, het zogeheten ‘invaren’.
Het in stand houden van twee aparte regelingen betekent namelijk ook de verplichting om twee administraties - met elk hun eigen uitvoeringsregels -in stand te moeten houden. De kosten hiervoor zullen uit de premie van deelnemers moeten worden betaald en dat betekent simpelweg minder premie voor de opbouw van je pensioen. Dat willen we natuurlijk niet.
Een andere belangrijke argument voor het invaren is de indexatie van het al opgebouwde vermogen. De problematiek rondom indexatie, een van de redenen om een nieuw stelsel op te zetten, blijft in het oude stelsel namelijk van toepassing op de oude aanspraken. We zullen dan de hoge buffers weer moeten aanhouden. De kans op indexatie zal niet verbeteren wanneer de oude aanspraken in het oude stelsel blijven zitten. Bij het invaren kunnen we het gehele vermogen (dus ook alles boven de 100%) verdelen.
CNV Vakmensen kiest voor het invaren van de oude aanspraken in het nieuwe stelsel per 1 januari 2026
Compensatie bij het invaren
In het huidige systeem betaalt iedereen bij een bedrijfstakpensioenfonds evenveel (doorsnee)premie en bouwt iedereen evenveel pensioenrecht op. In het nieuwe systeem wordt je pensioenopbouw gekoppeld aan de waarde die jouw ingelegde euro heeft. Dus als jongere bouw je voor dezelfde premie meer pensioen op dan als je ouder bent. Nog steeds geldt dat het gemiddeld over de jaren klopt en kom je uit op hetzelfde of iets hoger niveau als in het huidige systeem.
In het oude stelsel had de oudere dus een voordeel op de ingelegde premie. In het nieuwe stelsel heeft de jongere dat. Het voordeel wordt als het ware omgedraaid. Maar bij de overgang naar het nieuwe stelsel ontstaat er een nadeel voor de leeftijdsgroepen in het midden van hun carrière. Zij hebben namelijk in het verleden minder gehad dan wat hoort bij jongeren in het nieuwe stelsel, maar verliezen ook de extra opbouw die zij de komende jaren zouden hebben gehad in het oude stelsel om dat te compenseren. Er zou dan een pensioengat kunnen ontstaan.
Het CNV staat achter de overgang. Maar alleen onder de voorwaarde dat de overgang niet leidt tot pensioengaten. Wanneer hier toch sprake van is dan vinden wij dat deze deelnemers goed gecompenseerd moeten worden bij de overgang. Wij kiezen ervoor bij het invaar moment een deel van het overrendement te gebruiken om deze groep te compenseren.
CNV Vakmensen vindt het belangrijk dat de groepen die een pensioengat dreigen te krijgen bij het invaren worden gecompenseerd voor het verlies aan opbouw. Deze compensatie moet, als dat lukt, uit het fondsvermogen komen.
De premie en de ambitie
We hebben lang met elkaar gesproken over de premie. Waarbij we ook hebben gekeken of de premie omhoog zou moeten of juist omlaag zou kunnen. Het uitgangspunt is steeds geweest om niets te veranderen dat niet per sé veranderd hoeft te worden. Over de premie hebben we kunnen vaststellen dat we deze ongewijzigd kunnen voortzetten. Dat betekent dat we nog steeds uitgaan van een premie van 30,1% van de pensioengrondslag. Met deze premie verwachten wij eenzelfde pensioen te behalen als in de huidige regeling het geval is. Dit noemen we de pensioenambitie.
CNV Vakmensen stelt voor de premie gelijk te houden aan het huidige niveau en de na te streven pensioenhoogte ook ongewijzigd te laten.
Het nabestaandenpensioen
Nabestaandenpensioen is het pensioen dat na je overlijden uitgekeerd wordt aan je nabestaanden: je partner en soms aan je kinderen. Het geeft rust om te weten dat je nabestaanden zich na je overlijden geen zorgen hoeven maken over hun inkomen. Nabestaandenpensioen voor je partner heet ook wel partnerpensioen en voor je kinderen heet het wezenpensioen.
In het huidige stelsel bouw je nabestaandenpensioen op dat uiteindelijk ook kan worden ingezet voor een aanvulling op het ouderdomspensioen. In het nieuwe stelsel werkt dat anders. Je bouwt dan geen kapitaal meer op, maar we dekken het risico af met een deel van de premie. Dit deel van de premie zetten we in voor een goed nabestaandenpensioen. Er is daarbij een onderscheid tussen overlijden voor of na je pensioenleeftijd. Goed om op te merken: het nabestaandenpensioen dat je tot nu toe hebt opgebouwd verhuist natuurlijk met je mee naar het nieuwe stelsel.
Voor de pensioenleeftijd: Indien er sprake is van overlijden voor het bereiken van de pensioenleeftijd dan ontvangt jouw partner een levenslang pensioen ter hoogte van 10% van het salaris en een aanvullend tijdelijk partnerpensioen van 30% van het salaris. In totaal ontvangt je partner dus een pensioenuitkering ter hoogte van 40% van het salaris tot aan de AOW leeftijd van jouw partner. Hierna blijft jouw partner levenslang een pensioen ontvangen ter hoogte van 10% van het salaris.
Na de pensioenleeftijd: Kom je te overlijden na de pensioendatum dan ontvangt je partner 70% van het opgebouwde pensioen.
Wezenpensioen: Onderdeel van de afspraken over het nabestaandepensioen betreft het wezenpensioen. Hierover is afgesproken dat zij een uitkering ontvangen van 10% van het salaris tot de leeftijd van 25 jaar.
CNV Vakmensen stelt voor een goed nabestaandenpensioen af te spreken waarbij er extra aandacht is voor de periode tussen overlijden en het bereiken van de AOW leeftijd van de partner. Daarnaast vinden we het belangrijk dat er aandacht is voor een wezenpensioen.
CNV is positief over de uitkomst van de gesprekken
CNV legt het principeakkoord met een positief stemadvies aan je voor. Binnen de kaders van de nieuwe wetgeving hebben we de regeling zoveel mogelijk gelijk gehouden aan de huidige regeling en veranderd wat wettelijk moet. We zijn blij met de uitkomsten van de gesprekken: we behouden de solidariteit, we vangen risico’s zoveel als mogelijk samen op en gaan mensen eerlijk compenseren bij de overgang naar het nieuwe stelsel. We houden de premie gelijk, houden dezelfde ambitie voor het pensioen en hebben een verbetering gerealiseerd bij het nabestaandenpensioen.
Breng je stem uit
Leden van CNV Vakmensen kunnen nu hun stem uitbrengen over dit akkoord. We vragen je bij de stemming om jouw lidgegevens.
Klik hier om je stem uit te brengen
Stem uiterlijk 12 december 2023. Krijg je de nieuwsbrief per post dan kun je de volgende link invoeren in je webbrowser https://bit.ly/47Nw4xg
Heb je nog vragen? Neem deel aan het webinar van CNV
CNV Vakmensen organiseert een online webinar via teams. Tijdens deze online vergadering die ongeveer een uur tot 1,5 uur zal duren lichten Anthony Williams (onderhandelaar CNV Vakmensen) en Ronald van Oostrom (Pensioenfondsbestuurder CNV) het principeakkoord toe. Ook is er dan voldoende gelegenheid om alle vragen die je eventueel nog hebt te kunnen stellen.
Pensioen Webinar CNV Vakmensen
Datum: Donderdag 7 december
Tijdstip: 19.30 uur tot 21.00 uur
Locatie: Microsoft Teams
Om deel te nemen hoef je vooraf niet aan te melden. Je kunt op 7 december om 19.30 uur gewoon klikken op de onderstaande link om deel te nemen:
Klik hier om deel te nemen aan de vergadering
Ontvang je deze oproep per post? Gebruik dan de onderstaande link om deel te nemen aan de vergadering: https://bit.ly/3G9oTnz
Anthony Williams
Bestuurder CNV Vakmensen
M: 06 1871 1343
E: a.williams@cnvvakmensen.nl