Teamgevoel

Özcan Akyol is schrijver, columnist, radio- en televisiepresentator en programmamaker

Toen mijn vader recent overleed, sprak ik veel van zijn buurtbewoners die me vertelden dat ze vroeger met elkaar hadden gewerkt, maar hem eigenlijk niet kenden. Dat vond ik merkwaardig: je stond soms tien, twintig, of dertig jaar samen in dezelfde productiehal en toch namen ze niet de moeite om de onvermijdelijke relatie te verdiepen. Terwijl ik dit schrijf, begrijp ik ineens ook dat wij – het gezin – amper iets wisten van wat er precies in die fabriek gebeurde, met welke mensen onze vader optrok en hoe de onderlinge verhoudingen precies lagen. Het was een baantje. En tegelijkertijd was het zijn leven.

In veel overheidsorganisaties en commerciële instellingen komen werknemers bij elkaar die met het verdiende geld een bestaan proberen op te bouwen. De informele relaties zijn niet zo belangrijk. Iedereen is er vooral voor zichzelf. Maar je kunt leven om te werken, maar ook werken om te leven. Wie veel mensen, van allerlei pluimage, bij elkaar brengt en daarmee een team creëert, moet niet onderschatten dat er daarmee een mini-samenleving ontstaat, inclusief sociale cohesie.

De jaarlijkse bedrijfsbarbecue is niet voldoende om elkaars drijfveren en gezinssituaties te doorgronden

Özcan Akyol

Cruciaal aan zulke kleine gemeenschappen is dat de werknemers in dit geval de noodzaak voelen dat ze samen worden afgerekend op een prestatie. Het zogenaamde teamgevoel. Daarom worden zaken als loyaliteit, empathie en voor elkaar zorgen op moeilijke momenten extra belangrijk. Wie in bepaalde mate genegenheid voor de andere voelt, zal die persoon ook niet zo snel laten stikken.

Om die reden is het belangrijk dat werkgevers meer investeren in hun personeel en vooral de verhoudingen die er onderling zijn. De jaarlijkse bedrijfsbarbecue is natuurlijk een mooi initiatief, maar die is helaas niet voldoende om elkaars drijfveren en gezinssituaties te doorgronden. Een beetje werkgever doet er goed aan om verbintenissen op te laten zoeken tussen de mensen op de werkvloer. Op het moment dat er echt iets aan de hand is, kan er worden geholpen, zowel materieel als mentaal. Je bent er voor elkaar. En dan hoef je ook niet na een arbeidsrelatie van twintig jaar een beetje ongemakkelijk te bekennen dat je iemand nooit hebt gekend. Werk eraan.