Juf Julia stáát er weer

Werkgever gelooft in haar

Naar twee dingen snakte Julia van der Hoef (35) toen ze vorig jaar terugkeerde naar Nederland. Een huis en een baan. Een uitkering hoefde ze niet, alleen maar een kans. Viel dat tegen! Want Julia paste niet in een hokje en instanties bleken niet sterk in ‘out of the box’. Maar door 22 vrienden, 2 ouders en 1 werkgever die in haar gelooft, is er een nieuwe start. ‘Over twee jaar werk ik weer voltijds en hoop ik de huur te kunnen betalen voor een eigen huis.’

Het jaar 2022 begon vreselijk. Vorig jaar rond deze tijd verliet ik met pijn in mijn hart Tanzania én mijn kapotte huwelijk. Dankzij mijn ouders konden mijn kinderen Naya (3) en Mika (2) en ik intrekken in een boshuisje. Mijn moeder gaf me een autootje, beide ouders stoppen me boodschappengeld toe en ze betaalden voorlopig de zorgverzekering. Alleen zo red ik het. Voorlopig geen kans op een sociale woning. Een urgentiebewijs kreeg ik niet.’

Formulieren en hokjes

‘Een uitkering krijg ik ook niet, en tot voor kort geen kindgebonden budget en geen kinderopvangtoeslag. Want, zeiden ambtenaren, u bent nog getrouwd. Laat uw Tanzaniaanse man eerst maar eens een Nederlands burgerservicenummer aanmaken en ons zijn jongste belastingaangifte opsturen, met een verklaring van zijn gemeente over zijn woonadres. Ik kon ze niet duidelijk maken dat dat in Tanzania zo niet werkt. Mijn ex wil niet meewerken aan een scheiding, gelukkig kan ik die in Nederland wel aanvragen. Zodoende heb ik nu kindgebonden budget en zorgtoeslag toegewezen gekregen. Ik heb in afwachting van de toegezegde kinderopvangtoeslag een vriendenlening van €6.000,- om een tijdje de kinderopvang te kunnen betalen.’ ‘Sinds april krijg ik kinderbijslag, maar ontving daartoe enorm lange vragenlijsten over mijn persoonlijke situatie. Of ik nog bezit heb in Tanzania, en of ik een kopie van mijn ‘verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd’ wilde meesturen, hahaha. Ik snap dat formulieren, systemen en hokjes nodig zijn. Maar soms voelt het dat als je één invulfout maakt, je in een hokje komt waar je nooit meer uit geraakt. Als in de toeslagenaffaire.’

Stoute schoenen

‘Mijn andere grote zorg dit jaar was: hoe kan ik als moeder van twee kinderen weer aan de slag? Het liefste in het onderwijs. Mijn hbo-diploma kunstzinnige therapie voldeed niet. “Gelukkig” is er een groot lerarentekort en kun je door de Regeling subsidie zij-instroom als zij-instromer studeren én meteen aan de slag. Ik heb de stoute schoenen aan[1]getrokken en stuurde in maart een e-mail naar mijn oude basisschool, een vrije school. Onderwijs gebaseerd op de antroposofie boeide me altijd al. Kom eens langs, zeiden ze. Het gesprek voelde wederzijds goed. Ik hoefde niet te solliciteren, geen motivatiebrief te schrijven. We geloven in je, zeiden ze. En na een assessment vanuit Hogeschool Leiden en het behalen van de WisCAT-rekentoets, vroeg mijn school de subsidie aan en begon ik in augustus met wekelijks twee dagen les geven en één dag naar college. Zestien uur per week sta ik voor de klas. Zelfverzekerd. En ik verdien gelijk. Conform de leraren-cao. Dat voelt zóóóóóó fijn. Ook al is het onvoldoende om de bizar dure kinderopvang te betalen, laat staan huur, zorgverzekering of andere uitgaven. Ik ben superblij dat ik voor deze opleiding geen studieschuld opbouw, maar zonder ouders redde ik dit niet. Omdat ze elk een dag per week oppassen kan ik lessen voorbereiden en studeren. Mijn moeder is 67 en wil twee jaar doorwerken om mij te steunen. Dat vind ik een te groot offer.’

Superdeluxe bakfiets

‘O ja, die verrassing van 22 oude vrienden! Ik woon op een berg. Mijn kinderen op de fiets naar en van de opvang vervoeren vergt veel energie. Een bakfiets zou zoveel prettiger zijn. Stiekem hebben ze via crowdfunding €5.000,- opgehaald, waardoor ik zelfs een dure elektrische bakfiets kon kopen. Lief toch? Ik heb wel het gevoel dat ik me moet verantwoorden; wel een superdeluxe fiets, maar geen huis kunnen betalen. Je omgeving is zo belangrijk, leerde ik dit jaar. De hulp van vrienden, mijn ouders en mijn broer die soms ook oppast, dat alles geeft me een warm gevoel. Rond kerst, toen ik door de scheidingsperikelen erdoorheen zat, kreeg ik van een vriend zomaar duizend euro. Om iets voor mezelf en de kinderen te doen. Ik kocht meteen een fietsje voor Naya en een museumjaarkaart voor ons allemaal. Dat is misschien wel het ergste gevoel. Dat je ziet dat je kinderen klaar zijn om te fietsen of iets te leren. En dat het niet kán.’

Zielsgelukkig

‘Ik heb mijn levensgeluk hervonden. Ik ben zielsgelukkig. Ik startte na de zomer met mijn baan en voel nu al dat ik er weer stá. Ik kan weer boeken lezen en me in de antroposofie verdiepen. Die ene collegedag van half tien tot acht inclusief drie kwartier zingen is voeding voor mijn ziel. Ik heb inspirerende docenten. Ik voer mooie gesprekken. Mijn binnenwereld wordt, zoals dat heet, weer zichtbaar in de buitenwereld. Naya en Mika moesten erg wennen aan de opvang, maar nu vinden ze het leuk Nu nog stap 2: dat huis.’ (De namen in dit artikel zijn gefingeerd. Foto: René Bouwman)