‘Hier hebben we sinds 2017 hard voor gevochten. Dit betekent erkenning en waardering van het waardevolle werk in het primair onderwijs. Het dichten van de loonkloof is een terechte en historische stap waar we meer dan blij mee zijn’, stelt Daniëlle Woestenberg, voorzitter CNV Onderwijs.
Hoe de loonkloof vanuit deze investering precies wordt gedicht, hebben bonden en PO-raad vastgelegd in een onderhandelaarsakkoord waarvoor vandaag ook een handtekening is gezet.
De overgang naar de VO-loonschalen betekent voor onderwijspersoneel in het PO niet alleen een salarisverhoging, maar ook een hoger schaalmaximum en een snellere doorgroei daarnaartoe. Met het vandaag gesloten onderwijsakkoord komt ook €300 miljoen beschikbaar voor verlichting van de werkdruk in het voortgezet onderwijs en €118 miljoen voor professionalisering van leraren. Ook zullen de nu nog tijdelijke arbeidsmarkttoelagen structureel worden ingezet. De bonden en de werkgevers maken de komende tijd afspraken over deze onderwerpen.
Uitdagingen komende tijd
Woestenberg: ‘De hele samenleving heeft te maken met arbeidsmarkttekorten, met alleen het dichten van de loonkloof gaan we het personeelstekort in het onderwijs niet oplossen. We zullen de komende jaren met minder mensen toch kwalitatief goed onderwijs moeten geven. Dat betekent ook dat we breder moeten nadenken hoe we dat gaan aanpakken. Daarom hebben we bij het onderwijsakkoord als bonden met de minister en de werkgevers hiervoor ook een gezamenlijke werkagenda vastgesteld. Hierbij draait het om slim samenwerken, professionalisering, loopbaanperspectief, tekorten en instroom en bevoegdheden. CNV Onderwijs wil daarbij ook expliciet kijken naar mogelijkheden om het onderwijsondersteunend personeel (OOP) duidelijk herkenbare functies met meer carrièreperspectief te geven. We zullen ook goed in de gaten houden of de gelden waar we nu afspraken over gemaakt hebben op de goede plek terecht komen.’