Om zich optimaal te kunnen ontplooien, heeft een kind meer nodig dan onderwijs alleen. De thuissituatie en de buurt waar het woont zijn van invloed op de kansen. Daarom is de gemeente Amsterdam in 2019 gestart met het vernieuwende concept ‘familiescholen’, waarbij het draait om het bevorderen van de kansengelijkheid. Basisschool De Brink in de wijk Holendrecht is een van tien scholen waar de aanpak is uitgerold. Door brede steun te bieden aan het kind én de ouders vanuit school, ontstaat meer ontwikkelingsruimte voor een leerling, legt schoolleider Astrid Limmen uit. “Je kunt wel goed onderwijs willen geven aan een kind, maar als een goede thuisbasis ontbreekt, komt het niet tot leren. Vandaar dat we ook de ouders ondersteuning aanbieden naar behoefte en noodzaak, in nauwe samenwerking met maatschappelijke partners in de wijk. Voor ouders is de barrière om hulp te zoeken vaak groot. School is een vertrouwde omgeving, met vaste gezichten. De drempel is daardoor veel lager.”
Drie pijlers
De school heeft drie belangrijke pijlers. De eerste is een rijke schooldag. Limmen: “Kinderen hier in de wijk spelen weinig buiten en komen ook nauwelijks bij elkaar over de vloer. Ze gaan naar school en zijn thuis. Met de rijke schooldag willen we hun leefwereld vergroten. We werken aan brede talentontwikkeling, onder meer met een naschools aanbod. Zo maken kinderen kennis met kunst, cultuur en sport in de wijk. Wanneer ze een sport of activiteit leuk vinden, onderzoekt een coach eventueel met de ouder en het kind of het lid kan worden van de sportvereniging of club. Ouders weten bijvoorbeeld vaak niet dat er subsidies bestaan voor het lidmaatschap van hun kind.”
Ook faciliteert De Brink huiswerkbegeleiding. Dat gebeurt in samenwerking met de wijkpartners. “In een paar klaslokalen helpen buddy’s leerlingen na schooltijd met de leerstof. Daarnaast hebben we reken- en taalcoaches in huis die extra ondersteuning bieden. En in de kerst- en zomervakantie is er een vakantieschool, waarbij de nadruk ligt op de taalontwikkeling. In de andere schoolvakanties wordt ook extra onderwijs gegeven.”
Ouders
De tweede pijler is ouderbetrokkenheid. Dat houdt in dat ouders actief betrokken worden bij het onderwijs en de ontwikkeling van hun kind. Hen dichtbij halen dient twee doelen, zegt Limmen. “Dat gaat om de relatie tussen de school en de ouders, maar ook om de relatie tussen de ouders onderling. Wanneer ouders hun netwerk vergroten en daarmee hun perspectief verruimen, hebben zij hun kinderen meer te bieden. Die krijgen daardoor betere ontwikkelkansen.”
Familieservicepunt
De derde pijler is het familieservicepunt, waar ouders terecht kunnen voor brede ondersteuning. “Zij kunnen bij onze ouder- en kindadviseur binnenlopen met opvoedvragen, maar ook voor het aanvragen van een stadspas of het invullen van formulieren kunnen ze aankloppen. Via het Jeugdeducatiefonds regelen we subsidie wanneer hun kind bijvoorbeeld geen laptop of fiets heeft. En elke week houdt een medewerker van het buurtteam spreekuur op school. Deze medewerker is tevens schuldhulpverlener. Ook zijn we een schakelpunt voor andere vormen van hulpverlening.”