In deze wintermaanden besteden veel mensen meer van de - toch al schaarse - uren tussen zonsopgang en zonsondergang aan werk dan aan andere zaken. Hoe zorg je ervoor dat het leuk blijft? Nu, morgen en volgende week. En wat kun je doen om te zorgen dat je werk ook de komende jaren blijft boeien? Je eigen onderbuik is vaak een goede raadgever. Als je je vaker dan één keer per uur hevig opwindt over je werk dan gaat het niet zo lekker. Maar als je je minder dan één keer per week opwindt over je werk dan is dat ook niet goed. Jezelf ruimte geven om eens na te denken hoe dat bij jou zit, is dus een mooie eerste stap. Wat zijn aspecten van mijn werk waar ik nou echt trots op ben? En wat zijn zaken waardoor ik echt van de leg raak?
Bij dit onderzoeken van je eigen verhouding tot je werk kan je handig gebruik maken van de intrinsieke drijfveren of motivatoren voor professionals: autonomie, vakmanschap en zingeving. In hoeverre kan ik de ruimte nemen om mijn werk op mijn eigen manier vorm te geven? Op welke wijze kan ik er voor zorgen dat ik mijn vakmanschap kan inzetten en kan blijven ontwikkelen? En, kan ik me met zaken bezighouden die er voor mij toe doen? Deze hulpvragen stellen we bewust vanuit de ik-vorm. Het is namelijk altijd makkelijker om na te gaan wat je zelf kan doen dan te wachten op een ander die je baan zo vorm gaat geven dat het voor jou zit als gegoten.
En dan zo in deze tijd van het jaar met een kop thee of warme chocolademelk erachter komen dat je je te veel of te weinig druk maakt. Misschien is het dan goed om na te gaan hoe je je huidige baan wat beter passend kan maken of toch eens om je heen te kijken. Verandering van spijs doet eten is niet voor niets een veel gebruikte uitdrukking. Wees regisseur van je eigen loopbaan. Hou jezelf fris en scherp door af en toe eens stil te staan of je nog altijd zo enthousiast bent over de baan als toen je de sollicitatiebrief schreef of er aan begon.