Als voorbeeld noemt de vakbondsbestuurder het loonvoorstel in dat ‘ultieme bod’ van de werkgevers: ‘Ze bieden per 1 juli 2024 7%, per 1 april 2025 €50 en per 1 januari 2026 0,75%. En dat voor een cao 22 van maanden, die loopt tot 1 februari 2026. Dat is gemiddeld minder dan 5% per jaar en dus een keiharde koopkrachtachteruitgang voor medewerkers. Zij wachten namelijk nog steeds op de grote compensatieronde die andere werknemers in Nederland al wel hebben gehad. Een loonsverhoging van 12,5% voor één jaar is nodig om deze mensen te compenseren.’
Ver uit elkaar
Ook op andere punten liggen werkgevers en vakbonden heel ver uit elkaar. Zo zijn ze het niet eens over een stagevergoeding, over het toekennen van een duurzaamheidsbudget, over het instellen van een minimale kilometervergoeding en zelfs niet over het toekennen van 5 mei als collectieve feestdag.
Gebrek aan respect
Honders verbaast zich over het gedrag van de werkgevers. ‘Ze roepen steeds dat ze een aantrekkelijke branche willen zijn. Want ook zij zien het groeiende personeelstekort in de sector en vooral het grote gebrek aan vakbekwame jongeren. Maar in plaats van de uitgelezen kans te grijpen om hier wat aan te doen, namelijk via de collectieve arbeidsvoorwaarden, doen ze het tegenovergestelde. Een loonsverhoging bieden die ver onder de inflatie ligt. Terwijl ze zelf de inflatie en loonkosten vaak al lang en breed doorberekenen in hun prijzen. Daar los je niks mee op en het is bovendien een gebrek aan respect voor de mensen die je al in dienst hebt.’
In beweging
Wat er precies gaat gebeuren als de werkgevers het ultimatum komende woensdag (17 april) om 18.00 uur laten verlopen, wil Honders nog niet zeggen. ‘Maar reken er maar op dat de medewerkers in het hele land in beweging komen. We krijgen heel veel signalen van leden dat ze de houding van hun bazen helemaal zat zijn.’
De cao Metaal en Techniek geldt voor 320.000 werknemers in de metaal- en techniekbranche. Daaronder vallen installatiebedrijven, metaalbewerkingsbedrijven, isolatiebedrijven, carrosseriebedrijven en goud- en zilversmeden.