Concreet zegt de Hoge Raad dat resultaatafhankelijke- en prestatiebonussen ook aan uitzendkrachten betaald moeten worden. De Hoge Raad zegt daarbij dat het begrip 'beloning' ruim moet worden uitgelegd en alles omvat wat vergelijkbare werknemers in dienst bij de inlener in geld of natura krijgen.
Uitzendwerkgevers weigeren feiten te erkennen
Karin Heynsdijk, bestuurder FNV Flex: ‘Iedereen, van het ministerie van Sociale Zaken tot de Hoge Raad, is het erover eens dat het begrip beloning ruim moet worden toegepast in de uitzendsector. Toch weigeren de uitzendwerkgevers de feiten te erkennen. Daarmee riskeren ze een stortvloed aan rechtszaken. Wij kunnen geen cao steunen die niet aan de uitspraak van de Hoge Raad voldoet. Wij laten uitzendkrachten niet in de kou staan.’
Uitzendkrachten krijgen nu niet de beloning waar zij volgens de vakbonden FNV, CNV en De Unie recht op hebben. Door de opstelling van de uitzendwerkgevers is het onmogelijk een nieuwe cao af te spreken. Die zou per 6 januari 2025 moeten ingaan.
Geen gelijke beloning: uitzendkrachten blijven benadeeld
Sinds januari 2023 is er geen algemeen verbindend verklaarde cao (avv) voor de uitzendbranche. De huidige cao voldoet niet aan de Waadi (de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs), die voorschrijft dat uitzendkrachten hetzelfde betaald krijgen als vaste werknemers bij de opdrachtgever. In de praktijk betekent dit dat veel uitzendkrachten nog steeds geen arbeidsvoorwaarden zoals bonussen of andere prestatiebeloningen ontvangen die hun collega’s in vaste dienst wél krijgen.
Gelijke behandeling anders geen deal
Marten Jukema, bestuurder CNV: ‘Linksom of rechtsom, in de cao moet de gelijke behandeling wat betreft beloning geregeld worden, anders komt er geen deal.’ Joop Voesten, belangenbehartiger De Unie Uitzend: ‘Gelijkwaardige beloning voor arbeid via een uitzendbureau heeft zijn prijs. En naast gelijkwaardige beloning is er ook nog zoiets als een gezonde fee voor het uitzendbureau. Logisch dus dat een uitzendkracht duurder moet zijn dan een interne gelijkwaardige vaste medewerker. Het wordt tijd dat de uitzendbranche en de werkgevers die uitzendkrachten inlenen, dit in gaan zien.’
Werkgevers blijven tegenwerken
Volgens de vakbonden blijven de werkgeversorganisaties ABU en NBBU zich beroepen op het recht om in de cao af te wijken van de wet. Maar vakbonden stellen dat zowel Europese als Nederlandse jurisprudentie dit tegenspreekt. ‘Werkgevers spelen een gevaarlijk spel,’ zegt Heynsdijk. ‘Door de wet en rechterlijke uitspraken te negeren, maken ze het alleen maar moeilijker voor zichzelf én de sector. Uitzendkrachten weten steeds beter wat hun rechten zijn en zullen die gaan opeisen.’
Vakbonden roepen uitzendkrachten op hun recht op te eisen
De vakbonden roepen uitzendkrachten op om in actie te komen om op te eisen waar zij recht op hebben. Het gaat om beloning die de werknemer in dienst bij de opdrachtgever wel krijgt, maar de uitzendkracht niet, zoals prestatiebeloning, resultaatafhankelijke bonussen, meer vakantiedagen dan de 25 die uitzendkrachten krijgen, feestdagenvergoedingen, et cetera. Doe de loonstrookcheck en dicht de loonkloof tussen werknemers met hetzelfde werk op dezelfde werkplek.
