‘Ronduit teleurstellend’, noemen onderhandelaars Ralph Smeets (FNV) en Albert Spieseke (CNV) de opstelling van de werkgevers in het cao-conflict. Op 12 november togen tienduizend apotheekmedewerkers naar het Malieveld voor de allereerste landelijke staking in de geschiedenis van de Nederlandse apotheken. Maar ondanks de zalvende woorden die zij daar hoorden van hun werkgevers is er nog niks veranderd in hun loonbod van een magere 2%. En dus blijven de medewerkers actievoeren. Dat betekent dat de apotheken een warme actiemaand tegemoet gaan, schrijven de vakbonden.
Urgentie
‘Kennelijk wordt de urgentie nog niet genoeg gevoeld’, denkt FNV-bestuurder Smeets. ‘Maar de werknemers voelen die zeker wel, in hun portemonnee en in de werkdruk aan de balie.’ De vakbonden voeren daarom het tempo van de acties op. Dit keer wordt niet één, maar vier dagen gestaakt. De actie in Noord-Brabant en Limburg begint vrijdagochtend om 07:00 uur en gaat door tot maandag 25 november 20:00 uur. De actievoerders verzamelen zich vrijdag vanaf 11:00 uur in Best, aan de Ekkerswijer 7.
Onmisbare schakel
Apothekersassistenten zijn een onmisbare schakel in de zorg, maar ervaren een zware werkdruk zonder passende beloning. ‘Apotheekmedewerkers doen heel verantwoordelijk werk, maar krijgen niet de waardering die ze verdienen’, zegt CNV-bestuurder Spieseke. ‘De medewerkers gebruiken als sluitpost is het stomste wat deze werkgevers kunnen doen. Het aantal openstaande vacatures in de apotheken groeit, de werkdruk stijgt, totale leegloop dreigt. Zoals het nu gaat loopt een onmisbare schakel in de zorgketen binnenkort helemaal vast.’
Looneis
CNV en FNV eisen een loonsverhoging van minimaal 6%, met terugwerkende kracht vanaf 1 juli, en een minimumuurloon van €16. Daarnaast willen de bonden dat alle gewerkte uren worden uitbetaald, inclusief de tijd die nodig is voor voorbereidingen voordat de apotheek opengaat. Dit betekent dat ook korte voorbereidingsmomenten, zoals een kwartiertje voor opening, betaald moeten worden.
Overheidsbijdrage
Belangrijk twistpunt in het cao-conflict is de Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling (OVA). De regering betaalt die bijdrage om een marktconforme arbeidsvoorwaardenontwikkeling in de zorg mogelijk te maken. Er zou dus geld moeten zijn voor een fatsoenlijke loonsverhoging, redeneren de vakbonden. Maar waar is dat OVA-geld gebleven? De werkgevers beweren dat zij van de zorgverzekeraars niet genoeg krijgen om meer loon te betalen. De verzekeraars betwisten dat weer.
Verantwoordelijkheid
Voor vakbondsmannen Smeets en Spieseke blijft één ding duidelijk: ‘Goede arbeidsvoorwaarden zijn allereerst een verantwoordelijkheid van de werkgevers. Die moeten lef tonen en een goede cao sluiten en zich niet verschuilen. Dan lossen ze daarna hun geldprobleem maar op in de zorgcontracten voor volgend jaar.’