‘Steeds op avontuur en in beweging'

Bredase vuilnisman ervaart veel vrijheid en autonomie in zijn functie

In een opwelling stopte Maurits Verhoef in het laatste jaar van zijn hbo-studie om fulltime dichter te worden. Schrijven is immers zijn lust en zijn leven. Het liep anders. Gepassioneerd poëet is de Brabander nog steeds, maar sinds vier jaar is hij ook vuilnisman bij de gemeente Breda. ‘Het is echt leuk werk!’

Hij had het zich zo mooi voorgesteld, vertelt Verhoef, lachend terugdenkend aan zijn jongere zelf. ‘Ik zat in het vierde jaar van mijn opleiding Veiligheidskunde bij Hogeschool Avans. Van tiener af aan speelde ik al in een bandje. De songs schreef ik altijd zelf, samen met de andere jongens. Het bandje stopte op een gegeven moment, zoals dat vaak gaat na de middelbare school. Iedereen waaierde uit. Daarmee hield ook het maken van liedjes op voor mij.’ Maar het schrijven zelf kwam niet ten einde. Dat bleef doorgaan. ‘Het werden gedichten. In mijn hoofd is het altijd onrustig: vragen over het leven en de mensheid, de zin en onzin van onze westerse maatschappij. De hersenspinsels en creatieve ideeën gaan altijd maar door. Door te schrijven kalmeert mijn geest, en komen ook de antwoorden.’

Gedichtenbundel

Ineens werd het hem dat jaar duidelijk. Ik dacht: wat doe ik eigenlijk op deze school? Ik hoor hier niet, ik ben kunstenaar! Daar ligt mijn roeping. Mijn ouders geloofden hun oren niet, toen ik hen vertelde dat ik was gestopt, maar ik was vastbesloten. Binnen een paar maanden had ik mijn eerste gedichtenbundel klaar. Wat bleek? De verkoop liep best aardig, maar het viel vies tegen om ervan te kunnen leven. Dus moest ik op zoek naar ander werk. Ik heb als suppoost en rondleider bij musea gewerkt, zoals De Pont in Tilburg en het Stedelijk in Breda. Maar dat was niks voor mij: veel te passief, ik ben iemand die bewegen moet.’

Solliciteren

Op een dag zat Verhoef thuis en zag hij een vuilniswagen door de straat rijden. In een flits sprong de Bredanaar van de bank. ‘Ik ben naar buiten gelopen en heb gevraagd waar ik kon solliciteren. Dat is nu zo’n vier jaar geleden. Ik was eerst uitzendkracht en ben sinds een paar maanden in dienst bij de gemeente. Als ik binnenkort de eed heb afgelegd, ben ik echt ambtenaar.’ Het werken op de wagen, is hem op het lijf geschreven, zegt hij. ‘Als vuilnisman lever ik een bijdrage aan de samenleving. Het is een heel zinvolle en concrete baan. Dat is belangrijk voor mij: het moet nut hebben, anders voel ik me er niet senang bij. Neem een functie als marketeer; zoiets zou niet bij mij passen. Naar mijn idee zou ik dan niet iets wezenlijks bijdragen aan de maatschappij.’

Marketeer

In het begin vond hij zijn werk wel confronterend. ‘Toen ik net begon als vuilnisman zei ik nog: ik help mee om de wereld een beetje op te ruimen. Maar dat was naïef. Als je een paar uur later op een plek komt, ligt er vaak alweer troep. Het is uitzichtloos, wat dat betreft. Daarom zeg ik tegenwoordig: ik help mee om de wereld leefbaar te houden. En dat is evengoed veel waard. Als wij een week niets zouden doen, dan zouden mensen zich rotschrikken. De straten zouden er niet meer uitzien.’ Het werk is heel inspirerend voor zijn kunstenaarschap. ‘Ik kom elke dag wel dingen tegen op straat die me aan het denken zetten. De thema’s die ik kies in de poëzie zijn namelijk altijd maatschappijkritisch. Ik heb zojuist mijn derde bundel uitgebracht: Thuiskomen is iets achterlaten. Die gaat over de menselijke neiging om te willen grijpen, grissen en graaien en dat we daarin misschien zouden moeten minderen. Zelf leef ik vrij sober. Ik heb niks tegen luxe, maar voor mij voelt het al snel als te veel en overbodig. De leukste vakanties zijn voor mij bijvoorbeeld ergens met een oud campertje op het platteland kamperen. Dat heb ik deze zomervakantie dan ook gedaan met mijn vriendin.’

Collega’s met karakter

Op de vuilniswagen is hij geen outsider tussen zijn collega’s. ‘Ik had ook niet verwacht dat het zo goed zou klikken, maar ik voel me enorm thuis tussen die boys. Het zijn echte, authentieke mensen. Geen standaard types. Allemaal karakters, maar dat ben ik zelf ook. Ik kan mezelf zijn bij hen, dat is heel fijn. In de andere banen in de museumwereld had ik dat niet. Daar was het veel afstandelijker, zo aangepast allemaal.’ Lachend: ‘Ook die recalcitrante kunstenaarskant van mij kunnen mijn collega’s wel waarderen. Ze accepteren het zelfs van me dat we naar klassieke muziek luisteren op radio 4, op de dagen dat ik de wagen bestuur. Ze zijn inmiddels een beetje familie geworden, durf ik wel te stellen. Mijn werkfamilie. Ook buiten werk delen we dingen met elkaar via de app.’

Autonomie

Autonomie Verhoef ervaart veel vrijheid in zijn functie, iets wat belangrijk voor hem is. ‘Ik werk buiten, dat geeft al een ruimer gevoel. Daarnaast heb ik ook veel autonomie in de werkzaamheden an sich. Zo bepalen we zelf hoe laat we pauze nemen, hoe lang we over een route doen en ook hoe we die invullen. Hoewel ik vaak hetzelfde rondje rijd, is het leuk om voor de afwisseling de boel af en toe eens spontaan om te gooien. Al moeten alle kliko’s aan het einde van de rit natuurlijk wel geleegd zijn.’

Oerol en Lowlands

Naast vuilnisman en dichter is hij, samen met een vriend, ook nog theaterproducent. ‘We stonden op festivals als Oerol en Lowlands. Dit jaar zouden we weer met een voorstelling komen, maar vanwege de coronamaatregelen kon dat niet doorgaan. We hebben de show nu opgenomen. Die is online te bekijken via een QR-code, die mensen krijgen bij de aanschaf van mijn nieuwste bundel.’ De kunst waar hij tegenwoordig vooral in het weekend en ’s avonds mee bezig is, komt voort uit een gevoel van urgentie, zoals dat werkt bij creatieve geesten. ‘Als de ideeën eenmaal komen, moet ik daar iets mee. Anders stopt de onrust niet. Maar ik hoef er niet meer mijn brood mee te verdienen, dat maakt het extra vrij en leuk.’

Buiten spelen

Hij is blij nu fulltime in dienst bij de gemeente te zijn. ‘Het geeft zekerheid en het is makkelijker om bijvoorbeeld een hypotheek af te sluiten. Bij het uitzendbureau had ik een contract met een minimale urengarantie, daardoor wist ik minder goed waar ik aan toe was. Ik heb daar wel gelegenheid gekregen om mijn groot-rijbewijs te halen, zodat ik de vuilniswagen kon gaan besturen. Daar was vraag naar, dus dat ben ik al snel gaan doen.’ Bij zijn werkgever, de gemeente Breda, is Verhoef niet onopgemerkt gebleven, ook al is hij er nog maar net in dienst. ‘Ze hebben onlangs een instructievideo met me opgenomen voor nieuwe collega’s op de wagen. Leuk dat ze mij daar als nieuweling meteen voor vroegen! Ze vinden het interessant dat ik ook kunstenaar ben; er zijn zelfs plannen om een van mijn gedichten op een vuilniswagen af te beelden. Ik zou het wel geinig vinden als dat er ook echt van komt.’

Gelukszoeker

Het is grappig hoe het kan lopen, zegt hij. ‘Op de lagere school kreeg ik vaak te horen: je moet je best doen, of wil je later soms vuilnisman worden? Maar het is echt leuk werk! Het is buiten spelen voor volwassenen. Ik hou ervan om onderweg te zijn, en dat ben ik elke dag op de wagen. Steeds op avontuur en in beweging. Ik was altijd zoekende. Mijn vorige bundel heet dan ook Gelukszoeker. Dat geluk is nu dichter bij dan ooit.’

Dit verhaal is gepubliceerd in Werkend NL #1 - Overheid/Publieke Diensten.

Foto's: Erald van der Aa