Het overleg is echter nog niet klaar. Een onderhandelingsresultaat is namelijk nog geen principeakkoord over een nieuwe cao. Een achterbanraadpleging is nu nodig omdat werkgevers ons een finaal bod hebben gedaan op het thema koopkracht.
We willen daarom van onze leden in de bibliotheken weten wat de mening is over het bod van werkgevers, vooral waar het gaat om de noodzakelijke loonsverhoging. De door de werkgevers geboden loonsverhoging komt niet in de buurt van het inflatieniveau van 14% (oktober 2022) waar we vanuit gingen bij het bepalen van de inzet, en ook niet bij onze looneis van 10%. De gemiddelde loonstijging komt neer op iets minder dan 5%. We willen echter toch weten wat onze achterban hiervan vindt en hebben besloten om de CNV-leden nu te raadplegen.
Financiële problemen
Wat voor CNV in de onderhandelingen zwaar meeweegt, is dat veel werknemers met name met lage en middeninkomens (op termijn) in de financiële problemen dreigen te komen. De huidige energie- en andere steunmaatregelen van het kabinet, doen daar niet aan af. Ze stellen de problemen hooguit uit. Daarom is een reële structurele inkomensverhoging noodzakelijk en die ligt, zo denken wij, op zo’n 7,5%. Werkgevers rekenen in hun finaal bod (zie de tabel in de bijlagen van het onderhandelingsresultaat) nu met een lager gemiddelde van iets minder dan 5%.
Daarbij willen we bij de salarisverhoging ook uitgaan van een verhoging op basis van een nominaal bedrag in euro’s. De door werkgevers geboden salarisverhoging is 125 euro voor alle schalen en alle daarbinnen passende salaristredes. Lagere en middeninkomens gaan er door te werken met een nominale verhoging relatief meer op vooruit dan de hogere inkomens. Maar is het ook voldoende om de pijn van het koopkrachtverlies te verzachten? Bij de laagste en middeninkomens tot en met schaal 8 wordt verhoudingsgewijs de pijn van deze hyperinflatie het hardst gevoeld.
Verhoging eindejaarsuitkering
Voor de volledigheid melden we dat vooral op wens van de werkgevers de eindejaarsuitkering structureel zal worden verhoogd van 3,25% naar 4%. Dat is een structurele loonstijging, maar met als nadeel dat die pas in december 2023 wordt uitgekeerd. Daarnaast is er wel nog een eenmalige uitkering van 250 euro bruto, met een minimum van 100 euro naar rato van het dienstverband uitbetaald in maart 2023.
Het woord is nu aan onze leden om hun mening te geven over het finaal werkgeversbod m.b.t. de koopkracht, gemeten aan het koopkrachtverlies. Ook de andere punten uit het onderhandelingsresultaat, zoals bijvoorbeeld vergoedingen voor reiskosten woon-werk en thuiswerk kunnen mee worden gewogen.
Stem uitbrengen
Leden zijn over bovenstaande via mail geïnformeerd en uitgenodigd om vóór dinsdag 10 januari as. om 10.00 uur hun stem uit te brengen en hun mening te geven over dit finaal werkgeversbod en uiteraard ook over de andere punten van het onderhandelingsresultaat.
Over de uitkomst van deze achterbanraadpleging gaan we vervolgens in gesprek met de delegatie van de werkgeversvereniging VOB.