Een cao-looptijd van 2,5 jaar (1 juli 2024 - 31 december 2026), met per 1 juli 2025 een loonsverhoging van 2,12 procent, per 1 januari 2026 een nog niet vaststaande loonsverhoging (afhankelijk van de beschikbare OVA-ruimte en door werkgevers te maken kosten) en per 1 januari 2025 een eindejaarsuitkering van 8,33 procent (was 7,7 procent) overeenkomstig de berekening van de VVT-sector. Dit betekent 8,33 procent over het bruto jaarsalaris exclusief vakantietoeslag, in plaats van 7,7 procent over het bruto jaarsalaris inclusief 8 procent vakantietoeslag.
Noodzakelijke verbeteringen onbesproken
Een koude douche voor de kraamzorgmedewerkers vindt CNV dit eindbod voor kraamverzorgenden en andere werknemers in de sector. Dit is juist niet wat de sector nodig heeft! Er zal hiermee immers geen sprake zijn van koopkrachtbehoud, laat staan van enige verbetering. Bovendien blijven de noodzakelijke verbeteringen van de (betaling van) wachtdiensten, reistijd en roosterafspraken in het bod van werkgevers onbesproken.
Eindbod moet van tafel
CNV vindt dan ook dat dit eindbod van tafel moet om verder te kunnen onderhandelen. Wij gaan daarom volgende week graag in gesprek over de consequenties van dit bod en de te nemen vervolgstappen. Opgeven voor deze digitale bijeenkomst kan via: m.kortland@cnv.nl. Ook collega’s die geen lid zijn van CNV, zijn hierbij welkom.